Vier toekomstscenario’s voor onderwijs
in 2030
Inleiding
Goed onderwijs is nooit een kwestie van aanpassing aan de
laatste maatschappelijke ontwikkelingen. Het vraagt een lange termijnvisie
waarin de ontwikkelingen in de samenleving wordt vertaald naar wat het
onderwijs heeft te leveren aan de vorming van studenten. De taak van het
onderwijs is vooral om drie domeinen: kwalificatie, socialisatie en
persoonlijke ontwikkeling (subjectivering), in betekenisvolle balans te brengen
(Biesta, 2015). De opvattingen van Biesta over
onderwijs zijn niet nieuw, enkele citaten over onderwijs uit het verleden (Sissing, 2015):
Er is niets blijvend, behalve verandering. Confucius, 551 – 479 voor Chr.
Onderwijs is onze kinderen leren naar de juiste
dingen te verlangen. Plato, 427–347 voor
Chr.
Onderwijs is niet de opeenhoping van lesstof,
informatie, jaartallen, feiten, vaardigheden of bekwaamheden, dat is training
of instructie, maar eerder zichtbaar maken wat in een zaadje verborgen is. Thomas Moore, 1478 – 1535.
De radicalen verschillen tussen de oude en
nieuwe systemen worden duidelijk: de nieuwe school is een plek van leven, van
actie, beweging, vreugde, geestdrift en wedijver, terwijl de typische kenmerken
van de oude school zijn: passiviteit, verveling, walging van leren en leraren,
intellectuele en morele verlamming, een totaal gebrek aan stimulering, ambitie
en plezier Jose Pedero Varela, 1845 –
1879.
Een van de principes van scholing die de mensen
die onderwijsprogramma’s opstellen voor ogen moeten houden is dit, kinderen
moeten onderwezen worden, niet voor de tegenwoordige tijd maar voor een
mogelijke verbeterde situatie in de toekomst. Immanuel Kant, 1724 – 1804.
De oplossing waar ik voor pleit, is het ongedaan
maken van het fatale gebrek aan samenhang van vakken dat elke vitaliteit in ons
moderne lesprogramma doodt. Er is maar één onderwerp voor onderwijs en dat is
het Leven in al zijn verschijningsvormen. Alfred
North Whitehead, 1861 – 1947.
Vanaf de Griekse oudheid zijn door de eeuwen heen vragen
gesteld over de functie van het onderwijs, waartoe en op welke wijze wordt
opgeleid. Net als Biesta benoemen de filosofen door de eeuwen heen socialisatie
en persoonlijke ontwikkeling als de dominante onderwijsdomeinen.
Een model om de complexe wereld waarin wij leven te simplificeren is het agoramodel zoals bedacht door René Gude (Gude, 2016) (www.vimeo.com/46171474). De agora is
het plein in het oude Griekenland waar het leven zich afspeelde (de
samenleving). Hoe krijg je overzicht op dat plein en hoe kun je de weg vinden?
Op het plein staan gebouwen en de gebouwen zijn te rubriceren in vier soorten:
privéhuizen, bedrijven en winkels, publieke gebouwen en politieke gebouwen. De
gebouwen worden vertaald naar levenssferen, met het agoramodel wordt de wijze
waarop de samenleving wordt georganiseerd teruggebracht tot 4 levenssferen. De levenssfeer privé: Het domein van
familie en vrienden. De levenssfeer
private: Het domein economische en zakelijke relaties. De levenssfeer publiek: Het domein van maatschappelijk actief zijn
niet in een politiek of economische sfeer maar meer in de sfeer van het
verenigingsleven. De levenssfeer
politiek: De plaats waar zaken worden bestuurd vanuit regels en wetten.
Vier Scenario’s uitgezet
op 2 assen
Aanpassingsgericht burgerschap
Samenwerken naar het gemiddelde
Privésfeer: Opmars
van woongroepen.
Economische sfeer: Welzijn voor
welvaart, maatschappelijke waarden voor economische.
Publieke sfeer: Door social media
vinden groepen elkaar eenvoudig voor gezamenlijke activiteiten, zoals;
festivals, eten delen, gereedschap delen.
Zorg voor elkaar. Delen is het nieuwe hebben.
Politieke sfeer: Multiculturele samenleving, een
samenleving die uit elementen van verschillende culturen bestaat. Welzijn
belangrijker dan welvaart: De economie van het geluk.
|
Samenwerken jezelf volgen
Privésfeer:
Gezin hoeksteen van de samenleving. Opkomst van het groot familiegezin.
Economische sfeer: Economische
activiteiten zijn vooral regionaal georganiseerd, waarin zelfstandige op
projectmatige basis samenwerken in eco-systemen ; Think global, act local!
Publieke
sfeer: Door social media vinden gelijk gestemde elkaar eenvoudig voor
gezamenlijke activiteiten, zoals; festivals en sport.
Politiekesfeer:
De pluriforme samenleving,
verschillende culturele groepen leven naast elkaar. Anders zijn mag.
|
Jezelf vinden in de standaard
Privésfeer:
Samenleving met relatief veel alleenstaande en éénouder gezinnen.
Economische
sfeer: De persoonlijke levensvisie moet aansluiten bij de visie, missie
en kernwaarden van het bedrijf of project waar je werkzaam bent, zo niet
scheiden wegen.
Publieke
sfeer: Door social media vinden gelijk gestemde elkaar eenvoudig voor
gezamenlijke activiteiten, zoals; festivals en sport. Onderscheidend vermogen is van belang.
Politieke sfeer: De pluriforme
samenleving, verschillende culturele groepen leven naast elkaar: segmentering.
|
Jezelf vinden in de vele
mogelijkheden
Privésfeer:
Samenleving met relatief veel alleenstaande en éénouder gezinnen.
Verschillende partners in verschillende levensfasen.
Economische sfeer: Kortstondige
arbeidsrelaties, veel zelfstandigen, veel kleine bedrijven. Organisaties zijn
plat georganiseerd. Innovatie en verandering is een levensader van ieder
bedrijf. Studenten worden opgeleid tot competente rebellen. Talentgericht
onderwijs- en management.
Publieke
sfeer: Contacten worden gezocht voor de persoonlijke bevrediging (egocentrisch).
Politieke sfeer: De pluriforme
samenleving, groepen leven naast elkaar. Terugtrekkend overheid. Politiek
polariseert.
|
Individualistisch burgerschap
Vier toekomstscenario’s voor het onderwijs
in 2030 van Fontys HRM
Om kernachtig de scenario’s te beschrijven
ligt de nadruk op de beschrijving van de dominante onderwijsdomeinen: socialisatie
en persoonlijke ontwikkeling.
Het is 2030,
de maatschappij en het onderwijs zijn erg veranderd… De samenleving kenmerkt zich door
voortdurende veranderingen op verschillende terreinen die elkaar in een hoog
tempo opvolgen. De wet van Moore (1965) is werkelijkheid geworden, ICT heeft de
samenleving veranderd en dit proces gaat door. Aangezet door de technologische ontwikkelingen
zijn er omvangrijke sociale veranderingen die van grote invloed zijn op de
werk- en leefomgeving (Voogt, 2010).
Kwadrant: Samenwerken naar het gemiddelde
Door de technologisering en
robotisering en de voortdurende ontwikkelingen is werkgelegenheid een ander
begrip geworden. In een carrière wordt voortdurend gewisseld van baan maar ook
van sector. Werkzaam zijn en niet werkzaam zijn wisselen elkaar af en als men
niet werkzaam is, is men actief met bij- of omscholing en dat wordt betaald uit
gemeenschapsgeld. Het onderwijs
Robots zijn collega’s geworden: De
cobots. Je vertelt wat ze moeten doen en zijn eenvoudig te programmeren.
Bijvoorbeeld daar waar in 2015 wachtlijsten in ziekenhuizen normaal waren zijn
deze door de robots verdwenen. De robots voeren specifieke en nauwkeurige
chirurgische ingrepen uit en de capaciteit van operaties is daarmee enorm
uitgebreid.
In 2015 is de participatiewet
ingevoerd en anno 2030 is de participatiesamenleving tot wasdom gekomen:
Iedereen doet mee naar vermogen. Welzijn is belangrijker dan welvaart. De
mens wil leven in harmonie met zichzelf en zijn omgeving, zoals een balans
tussen werk en privé en een ecologische balans. De multiculturele samenleving
is een feit, de samenleving is een smeltkroes van verschillende culturen.
Delen is het nieuwe hebben. Anno 2030 wordt bijna alles gedeeld: auto’s,
gereedschap en er wordt op grote schaal geleefd in groepen.
Kwadrant: Samenwerken jezelf volgen
Door de technologisering en
robotisering en de voortdurende ontwikkelingen is werkgelegenheid een ander
begrip geworden. In een carrière wordt voortdurend gewisseld van baan en van sector
maar in hetzelfde netwerk. Talenten worden onderkend en ontwikkeld in het
onderwijs en op de arbeidsmarkt. Enkele
decennia geleden was de zesje-cultuur kenmerkend voor Nederland, nu is er
ruimte om je te onderscheiden.
De arbeidsmarkt is vooral regionaal georganiseerd. Op het gebied van innovatie
wordt er nauw samengewerkt met het onderwijs en kenniscentra in de regio.
Iedere regio heeft een bijzondere dynamiek en de subculturele verschillen in de
samenleving zijn het laatste decennium toegenomen. Er wordt veel samengewerkt op projectbasis in
eco-systemen; Act local but think global. Er is behoefte aan specialisten en om
interessant te blijven voor de arbeidsmarkt wordt voortdurend geschoold. Vanaf
het begin van dit millennium is het aantal zzp’ers gegroeid en lijkt het zich
gestabiliseerd te hebben tot een percentage van 50% van de beroepsvolking.
Robots zijn collega’s geworden: De
cobots. Je vertelt wat ze moeten doen en zijn eenvoudig te programmeren.
Ondernemend zijn, flexibiliteit en een leven lang leren zijn belangrijke
waarden op de arbeidsmarkt. Dat is waarschijnlijk de reden dat er een revival
is van het gezin als hoeksteen van de samenleving: het zoeken van veiligheid en
houvast in de eigen directe omgeving. Er is sprake van een opvallende groei van
het groot-familiegezin; Verschillende generaties die op een perceel bij elkaar
wonen.
Kwadrant: Jezelf vinden in de standaard
In 2030 kunnen we spreken van een pluriforme samenleving: verschillende
groepen in de samenleving leven naast elkaar. Er zijn grote verschillen in de
samenleving zoals tussen hoog en laag opgeleid en arm en rijk. Dit heeft geleid
tot verharding en polarisering in de samenleving. De overheid heeft een
terugtrekkende beweging waardoor gettovorming dreigt in achterstandswijken in
vooral de grote steden. Een contrast met het ontwikkelde beleid aan het begin
van dit millennium met de zogenaamde Vogelaarswijken.
Door de technologisering en de robotisering heeft men tal van veranderingen op
de arbeidsmarkt in mindere of meerdere mate kunnen voorspellen. Toch had men niet
verwacht dat arbeidsrelaties, op basis van een gelijkwaardige samenwerking of
in loondienst, vooral tot stand komen op basis van ethische aspecten en normen en waarden; De
economie van het geluk. Een werknemer of een samenwerkingspartner kiest voor
samenwerking vooral op basis van een gemeenschappelijke visie op het werk. Als visies
uiteen gaan lopen scheiden wegen. Het lijkt ook dat wegen zich vaker scheiden in
de privésfeer. In 2015 zag het CBS een toename van het aantal alleenstaande en
éénouder gezinnen. Deze trend heeft zich doorgezet. Het lijkt dat mensen
“kiezen” voor meerdere liefdesrelaties in verschillende levensfasen. Andere
relaties of samenwerkingsvormen worden relatief eenvoudig en snel gevonden met
behulp van social media.
Kwadrant: Jezelf vinden in de vele
mogelijkheden
In 2000 was de zesje-cultuur in Nederland gemeengoed, anno 2030 zijn
talent, talentontwikkeling en excelleren gemeengoed. In 2015 hoorde ik de
directeur van Fontys HRM zeggen dat talent iets van een persoon is wat hij
onderscheidend goed kan ten opzichte van andere taken of competenties. In 2030
is een talent iets wat je beter kunt dan anderen. Op school wordt je opgeleid om
je talent te ontdekken en voor dat talent te gaan staan. Onderscheidend vermogen en toegevoegde waarde is van belang
op de arbeidsmarkt van 2030. Er wordt veel projectmatig gewerkt; Interdisciplinair
en multidisciplinair. In de samenwerking is het resultaat wat telt. Het
Angelsaksisch model is leidend op de arbeidsmarkt en in heel de samenleving.
Mensen met minder talent participeren aan de randen van de samenleving in
achterstandswijken en banen met weinig inkomsten en aanzien. De sociale
voorzieningen voor mensen die niet(kunnen) werken zijn de afgelopen 15 jaren
verschraald. Met de invoering van de participatiewet in 2015 is een poging
gedaan om iedere burger naar vermogen te laten participeren in de samenleving
echter de werkplekken die werkgevers (inclusief de overheid) hiervoor
beschikbaar zouden stellen zijn nooit gekomen. Hierdoor is een deel van de
bevolking structureel in-actief en 100% afhankelijk van een uitkering die
beduidend lager is dan bijvoorbeeld 15 jaar geleden. In navolging van Bil Gates
en Mark Zuckerberg ontstaan daardoor schenkingen aan goede doelen en sociale
voorzieningen door de rijken van de samenleving.
Bronnen
Bauwens, D. (2012, december 19). Bijna iedereen gaat voorbij aan zijn
eigen talent. Krax, vorming en educatie, p. 4.
Haterd, B. v. (2015). 10
banen verdwijnen en 10 banen verschijnen. Tilburg: Freeman Media B.V.
Marzano, R., Heflebower, T. (2013) Klaar voor de 21e
eeuw, vaardigheden voor een veranderende wereld. Rotterdam: Bazal.
OCW. (2014). Bestuursakkoord voor de sector
primair onderwijs. Verkregen op 10 februari 2016.
OECD. (2008). Vormgevende trends binnen het
onderwijs. (‘Trends shaping education’, vertaald door KPC-groep).
OECD. (2013).
Trends shaping education. OECD Publishing.
Platform
Onderwijs 2032. (2016). Ons onderwijs2032. Eindadvies.
Sissing, H. (2015). 3000 jaar denkers over
onderwijs. Amsterdam: Boom.
Voogt, J. (2010). 21st century
skills. Enschede: Kennisnet.
In reactie op mijn blog kreeg ik onderstaande reactie per mail.
Beste Frank,
Een heel interessante
uiteenzetting, complimenten!!! Het lukt helaas niet deze reactie onder de blog
te plaatsen, Mijn WordPress account wordt niet geaccepteerd.
Ik heb 11 april in mijn
agenda gezet. Kan ik me met een slag om de arm daarvoor aanmelden???.
Met
vriendelijke groet,
Frank van
den Oetelaar
mobiel: +31655727925
skype: frankvdoetelaar
|
| |